“Schlagt die Tafel auf, kredenzet gar deftig Speys, lasset die Spielleute herein, treibet allerley Schabernack unt Kurtzweyl.” Graaf Balduin weet wat hij zijn onderdanen schuldig is en nodigt hen elke vrijdag en zaterdag uit voor een gasterij in de keizerlijke burcht van Cochem, die op een bergtop boven de stad en de Moezel troont. In de Middeleeuwen verwees gasterij naar een weelderig, onderhoudend feestdiner dat kasteelheren en hoge ridders bij speciale gelegenheden gaven.
Vandaag de dag zijn deze riddermalen een feest voor iedereen en een groot plezier voor het hele gezin. De reis door de tijd begint al bij de poort van het kasteel, waar twee bewakers met middeleeuws harnas de gasten verwelkomen. Voor de maaltijd geeft de burggraaf een kijkje in zijn kamers: de rondleiding leidt door de mooiste kamers van het kasteel met hun houten lambrisering, wandtapijten en kostbare meubels.
Hongerig begeven de gasten zich vervolgens naar de gewelfde kelder, waar kaarslicht en dierenhuiden voor een gezellige sfeer zorgen. Stenen bekers met Moezelwijn staan al klaar om de dorstige kelen te bevochtigen. Voor kinderen is er appelsap – en zelfs “bruine limonade”.
De slabben, die elke gast om zijn of haar nek bindt, zorgen voor het eerste grote vermaak. Want zoals toen gebruikelijk was, wordt bij het riddermaal op de burcht van Cochem met de handen gegeten en het is zeker niet gepast om uw vette vingers aan degene naast u af te vegen.
"Gasterey" bij de Reichsburg in Cochem, Moezel-regio
Als eerste delen bedienden en dienstmeisjes water uit om de handen mee te wassen. Graaf Balduin, gekleed in bont, nodigt twee eregasten uit aan zijn tafel, die gekleed zijn volgens hun status, en kondigt de tafelmanieren aan. Hoewel het er bij de meeste riddermalen nogal ruw aan toe ging, werden de tafelmanieren verfijnd toen ook vrouwen mochten deelnemen.
Zo was het bijvoorbeeld niet toegestaan om te grote stukken voedsel in de mond te stoppen, om voedsel te stelen van het bord van de buurman, om de neus in de kleren te snuiten en om de ellebogen op tafel te leggen. En wie tijdens het maal tartend keek, werd uit de zaal gesleept. Zelfs te spraakzame vrouwen werden gestraft. Het voedsel moet voorgeproefd worden, want in de Middeleeuwen werd het vaak vergiftigd om mensen te doden.
Ridderfeest op de Reichsburg in Cochem, Moezel-regio
Gezicht op de binnenplaats van kasteel Reichsburg in Cochem, Moezel-regio
Verse groenten en brood met reuzel maken de ronde. In de Middeleeuwen bestonden de maaltijden vooral uit wat er in de tuin en in de landbouw beschikbaar was. Men at veel graan – in de vorm van pap of brood. Alleen de rijke mensen konden zich vlees veroorloven, en dat liet burggraaf Balduin maar al te graag zien.
Het ridderlijke tafelgezelschap slokt hete rundvleessoep op. Na een snuifje snuiftabak en collectief niezen worden kalkoenbouten en varkensschenkels geserveerd en worden kaas, druiven en gebakjes als dessert geserveerd. Voor “Kurtzweyl” en plezier tussen de gangen door dansen middeleeuwse minstrelen door de zaal op hun grappige liedjes. Echte kerels nemen het tegen elkaar op in heldendaden en minnezang. De winnaar wordt veredeld met een ridderschap. Zo vliegen er vier uur aan vrolijke gezelligheid voorbij voordat u aan uw terugreis begint – terug naar de 21e eeuw.
De eetzaal van de Reichsburg in Cochem, Moezel-regio
